Met biologisch aanzuren mest minder ammoniak en minder broeikasgassen en meer groen gas

 

 

 

 

 

 

De melkveehouderij moet de grootste bijdrage leveren aan het fors verminderen van de uitstoot van ammoniak- en broeikasgassen uit de landbouw. Biologisch aanzuren van mest is een kansrijke maatregel om dit te bewerkstelligen. Een andere doelstelling is om in 2030 2 miljard m3 groen gas te produceren. Zonder vergisting van grote hoeveelheden mest is deze opgave onhaalbaar. Het biologisch aanzuren van mest leidt tot mest met lagere ammoniak- en methaanemissie en een hogere energie-inhoud en geeft daarmee het bereiken van deze doelstelling een impuls.

Mest is van nature licht basisch (het tegenovergestelde van zuur). Biologisch aanzuren van mest gebeurt door gemakkelijk afbreekbaar organisch materiaal of organische zuren toe te voegen aan mest. Dit stimuleert omzettingen in de mest waardoor de zuurgraad van de mest daalt van licht basisch naar zuur. Door de verzuring wordt emissie van ammoniak en methaan uit mest zeer sterk geremd. Tegelijk neemt de energie-inhoud voor vergisting toe. Recent onderzoek laat positieve resultaten zien van meer dan 50% reductie in ammoniak en 80% in methaan. Praktisch gezien betekent dit dat melkveebedrijven de ammoniak- en methaanemissie kunnen verlagen zonder dat stalaanpassingen noodzakelijk zijn. De biologisch aangezuurde mest gaat vervolgens naar een vergister waarbij naast groen gas, een (vloeibare) RENURE-meststof (de officiële term voor kunstmestvervangers is RENURE: REcovered Nitrogen from manURE) . De term geeft het aan: het gaat om stikstofhoudende meststoffen die gewonnen worden uit dierlijke mest, of digestaat waar dierlijke mest voor is gebruikt. en een organische meststof kunnen worden gemaakt. Beide meststoffen hebben een gering risico op ammoniakemissie. De emissie die optreedt bij het bemesten van landbouwpercelen zal daarmee sterk dalen.

De basiskennis en toe te passen techniek voor biologisch aanzuren en vergisten zijn voorhanden. Om biologisch aanzuren succesvol te maken en snel te kunnen introduceren zijn gerichte pilots op praktijkschaal gewenst. Het is één van de opties die bij kunnen dragen om op korte termijn stappen te zetten en zo bij te dragen aan het realiseren van de uitdagende doelen voor reductie van ammoniak (50% minder in 2030), klimaatdoelstellingen (55% minder CO2 uitstoot in 2030) en de productie van groen gas.

Tot zover de samenvatting van de discussiepaper die NMI samen met Platform Groen Gas en NCM heeft opgesteld.

Lees verder

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Wim Bussink, e-mail wim.bussink@nmi-agro.nl, tel. 06 2903 7096



Geef een antwoord